ARFID

Eetstoornis ARFID: Symptomen, oorzaken en behandeling

Bij de selectieve eetstoornis ARFID wordt bepaald voedsel zoveel mogelijk vermeden of geweigerd. De eetstoornis komt vooral bij kinderen en jongvolwassen voor. Er is vaak sprake van een irrationele angst voor eten op basis van bijvoorbeeld een bepaalde geur, kleur, smaak of textuur. Ondervoeding en gebrek aan essentiële voedingsstoffen leiden bij ARFID tot verschillende, ernstige lichamelijke en psychische effecten.

Op deze pagina wordt uitgelegd wat de symptomen, oorzaken en gevolgen (zowel op de korte als lange termijn) van ARFID zijn en hoe de eetstoornis kan worden behandeld.

DIRECT IEMAND AAN DE LIJN?

Bel voor advies

bel 020 - 532 0030
Ma-Vrij van 08:00 - 22:00
Weekend 12:00 - 17:00

Wat is ARFID?

ARFID is een eetstoornis waarbij iemand zeer kieskeurig eet en afwijkend eetgedrag vertoont, mogelijk met ernstige lichamelijke en psychische gevolgen. De afkorting ARFID staat voor avoidant restrictive food intake disorder. Voorheen werd de eetstoornis ook aangeduid als selective eating disorder. ARFID komt voornamelijk voor bij kinderen, maar er zijn ook gevallen bekend van volwassenen met de eetstoornis. Het meeste onderzoek naar ARFID richt zich echter op diagnosticering en behandeling van kinderen, volgens J. Thomas et al. in Journal of Behavioral and Cognitive Therapy.


Eetstoornis ARFID symptomen

De eetstoornis ARFID uit zich via verschillende symptomen. Volgens een studie in 2019 door K. Lowe et al. in Nutrients zijn de gepresenteerde symptomen bij mensen met ARFID onder meer afhankelijk van de leeftijd, gewichtsstatus en duur van de eetstoornis. Vaak is er sprake van extreem selectieve eetvoorkeuren en een niet-rationele angst voor voedsel dat niet binnen deze normen past, waardoor iemand onvoldoende voedingsstoffen binnenkrijgt en verschillende lichamelijke klachten ontwikkelt.

Dit zijn mogelijke symptomen van ARFID:

  • In extreme mate kieskeurig eten
  • Lastig vinden om eten te kauwen en weg te slikken
  • Angst voor bepaald voedsel en dit duidelijk uiten wanneer het dichtbij wordt gebracht
  • Gewichtsverlies (volwassenen) of onvermogen tot gewichtstoename (kinderen) door beperkte voeding en gebrek aan bepaalde voedingsstoffen
  • Gewichtstoename doordat iemand voornamelijk ongezond voedsel eet als gevolg van selectieve eetpatronen
  • Afhankelijk zijn van voedingssupplementen of zelfs enkel vloeibaar voedsel innemen via een voedingssonde
  • Voedsel vermijden op basis van (vaak) brede categorieën, waaronder smaak, textuur, een bepaalde kleur of geur.

Eetstoornis ARFID oorzaken

De achterliggende oorzaken van de eetstoornis ARFID zijn nog grotendeels onduidelijk. Dit heeft onder meer te maken met het feit dat de officiële diagnose pas sinds enkele jaren is opgenomen in het handboek Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders. Volgens een paper door M. Norris et al. in Neuropsychiatric Disease and Treatment beginnen onderzoekers sindsdien de eetstoornis steeds beter te begrijpen, hoewel onderzoek naar het ziektebeeld, de achterliggende oorzaken en behandeling van ARFID nog veelal in de kinderschoenen staat.

Dit zijn mogelijke oorzaken van ARFID:

  • Erfelijke factoren: net zoals bij andere eetstoornissen lijkt er ook bij ARFID een genetische aanleg te zijn, hoewel de genen die hierbij een rol spelen nog niet zijn geïdentificeerd. Een studie uit 2023 door L. Dinkler et al. stelt zelfs dat een overgrote meerderheid (79%) van mensen met ARFID genetische aanleg voor de eetstoornis zou hebben.
  • Psychosociale problematiek: selectief en abnormaal eetgedrag kan ontstaan door een traumatische ervaring en/of depressieve gevoelens. Ontwikkelen en vertonen van dergelijke psychologische problemen vindt vooral bij jongvolwassenen plaats, maar triggerende gebeurtenissen (zoals stikken in voedsel) zijn ook bij jonge kinderen veel voorkomend.
  • Lichamelijke aandoeningen: er is soms sprake van lichamelijke aandoeningen of condities (bijvoorbeeld refluxziekte) bij ARFID. Eetgedrag wordt hierdoor beïnvloedt en selectief, afwijkend eetgedrag kan in reactie hierop extremer worden.
  • Ontwikkelingsstoornis: emotionele ontwikkelingsstoornissen, zoals autisme, worden ook voorzichtig gelinkt aan ARFID. Zo bleek uit een casestudie door N. Zucker et al. in International Journal of Eating Disorders dat sommige mensen met ARFID voedsel vermeden om zo interne sensaties te vermijden.

Eetstoornis ARFID gevolgen

ARFID is een gevaarlijke eetstoornis met potentieel ernstige lichamelijke en mentale gevolgen. ARFID treedt gemiddeld gezien eerder op in vergelijking met andere eetstoornissen, zoals anorexia nervosa en boulimia nervosa. De lichamelijke effecten zijn daardoor, volgens onder meer M. Lieberman et al. in een studie uit 2019, langer van invloed op de belangrijke ontwikkelingsfase van de kindertijd. Ook blijkt volgens L. Cañas et al. in European Eating Disorders Review dat psychische stoornissen als gevolg van ARFID veelvoorkomend zijn.

Dit zijn mogelijke gevolgen van ARFID:

  • Fysiek: ondervoeding en een gebrek aan bepaalde voedingsstoffen kan op verschillende manieren een lichamelijke impact hebben. Deze kunnen van voorbijgaande aard zijn, zoals een tijdelijke groeiachterstand en last van vermoeidheid, of permanent, zoals osteoporose (door gebrek aan calcium) levenslange orgaanschade (door bijvoorbeeld gebrek aan ijzer) en onvruchtbaarheid.
  • Dermatologisch: een ondervoed lichaam heeft vaak zichtbare dermatologische effecten, zoals een bepaalde kleur en conditie van de huid (dof, droog en/of bleek), uitdunnend haar en makkelijk breekbare nagels.
  • Psychologisch: individuen met ARFID kunnen depressieve gevoelens ontwikkelen, angststoornissen en andere obsessief-compulsieve stoornissen.
  • Sociaal: vanwege schaamte voor afwijkende eetpatronen en het vermijden van eten in nabijheid van anderen, kunnen mensen in een sociaal isolement terechtkomen. Ook is er vaak minder belangstelling voor het aangaan en ontwikkelen van nieuwe vriendschappen als gevolg van lage hormoon- en bloedsuikerwaardes, chronische vermoeidheid en gevoelens van lusteloosheid.

ARFID behandeling

Behandeling van ARFID is voortdurend in ontwikkeling doordat nog veel onderzoek plaatsvindt naar het optimaliseren van diagnosticering, welke behandelmethodes geschikt zijn en de gevolgen van ARFID op de lange termijn. Verschillende studies, waaronder A. Aulinas et al. in International Journal of Eating Disorders, benadrukken het belang van vroege diagnose.

Wanneer vroegtijdig kan worden ingegrepen, zo stelt ook onderzoek door I. Kutori et al. in Neuropsychiatric Disease and Treatment, is behandeling effectiever en wordt permanente gezondheidsschade zoveel mogelijk voorkomen.

Gedragstherapie

Behandeling van ARFID richt zich voornamelijk op gedragstherapie met betrekking tot eten. Stapsgewijs wordt bijvoorbeeld toegewerkt naar het eten van voedsel met een bepaalde smaak of kleur. Ook wordt er voedingsadvies en -uitleg gegeven over gezond en ongezond voedsel, om zo te wijzen op de gezondheidsrisico’s wanneer iemand onvoldoende voedingsstoffen binnenkrijgt of voornamelijk ongezond voedsel eet.

Medische verzorging

Lichamelijke symptomen van ARFID kunnen mogelijke medische verzorging vereisen. Dat kan in de vorm van medicatie zijn, maar professionele verpleging bij een zwaar ondervoed lichaam is ook mogelijk.

Psychische hulp

Wanneer bij een diagnose ARFID wordt vastgesteld dat een traumatische ervaring of andere psychische redenen aan de grondslag liggen van de eetstoornis, wordt dit door een psycholoog behandeld.

Eetstoorniskliniek

Behandeling van ARFID vereist vaak een team van professionals, waaronder voedingsdeskundigen, psychologen en medische dienstverleners. Om die reden wordt de behandeling van de eetstoornis vaak uitgevoerd binnen een eetstoorniskliniek.

Om te bepalen of tijdelijke of full-time opname in een eetstoorniskliniek noodzakelijk is, wordt onder meer gekeken naar de leeftijd, ernst van de symptomen en of er al eerdere behandeltrajecten zijn geweest. Bel 020 – 532 0030 voor een telefonisch consult over een behandeling die past bij jouw situatie.


Veelgestelde vragen

Hoe krijg je ARFID?

Je kunt ARFID krijgen door erfelijke factoren (aanleg in de familie), de omgeving, lichamelijke aandoeningen of als gevolg van psychosociale problemen. Er is dus geen specifieke oorzaak die tot ARFID leidt.

Hoe vaak komt ARFID voor?

Schattingen over hoe vaak ARFID onder de bevolking voorkomt verschillen significant tussen studies, ook doordat er nog weinig bekend is over het aantal volwassenen dat gediagnosticeerd kan worden met ARFID. Percentages variëren gemiddeld tussen de 1 en 5%, wat betekent dat minstens 150.000 Nederlanders de eetstoornis zouden hebben.

Wat is ARFID autisme?

Er is een sterk verband tussen ARFID en autisme. Individuen willen dan onder meer de prikkels van bepaald eten vermijden en weigeren om die reden voedsel met een bepaald kenmerk (zoals bepaalde smaken, kleuren of geuren). Volgens een studie in Frontiers of Psychology door T. Koomar et al. zou zelfs zo’n 20% van mensen met autisme ook ARFID hebben, hoewel bevindingen tussen studies uiteenlopen.