Drugsgebruik Nederland

Drugsgebruik Nederland - Hoeveel en welke drugs worden er gebruikt?

De meeste jongeren gebruiken geen drugs

In de landelijke media wordt nog wel eens het beeld geschetst dat het drugsgebruik onder jongeren hoog en problematisch is. ‘Alle tieners zeggen ja tegen MDMA’. De zin uit het nummer Drank en drugs definieerde een hele generatie, maar wat klopt daar eigenlijk van?

Het antwoord is simpel. Niets is minder waar: het overgrote deel van de jongeren gebruikt nooit drugs zoals XTC (waarvan MDMA het actieve bestandsdeel is), cannabis of lachgas.

Van alle Nederlanders van 15 tot 35 jaar, heeft 85% nooit XTC gebruikt. Van alle scholieren tussen de 12 en 16 jaar, gebruikte 1,7% in 2019 XTC.

Ook het cannabisgebruik onder jongeren is beperkt: 13,1% van hen heeft ooit in het leven geblowd. Daarnaast heeft slechts 1 op de 10 scholieren van 12 tot 16 jaar ervaring met lachgas.

Berichten dat scholieren en jongeren massaal drugs gebruiken en aan de lachgas ballonnetjes zitten, kloppen dus niet. Het overgrote deel van de jongeren gebruikt geen drugs.


Lachgas gebruik onder jongeren neemt toe

Ondanks dat het gebruik van lachgas onder scholieren dus erg laag is, neemt het gebruik in de afgelopen jaren wel toe. Van alle scholieren tussen de 12 en 16 jaar, gebruikte in 2015 7,8% ooit lachgas, maar in 2017 groeide dit percentage al naar 9,4%. Lachgas gebruik onder jonge tieners wordt dus wel steeds normaler.

In de iets oudere leeftijdsgroepen zien we dat het gebruik van lachgas een stuk meer wijdverbreid is, én in een stijgende trend zit. In 2015 had 19,8% van alle MBO en HBO studenten ervaring met lachgas, in 2017 gaf 28,7% van hen aan ooit in het leven een ballonnetje lachgas gebruikt te hebben.

Lachgas is vooral populair in het nachtleven en op festivals. Het aantal cafébezoekers in Amsterdam dat ooit lachgas gebruikte, nam flink toe tussen 2014 (46,1%) en 2018 (62,4%).


Ketamine mainstream partydrug onder jongeren

Ketamine, een narcosemiddel uit de medische wereld wat ook recreatief gebruikt wordt als tripmiddel, begint mainstream te worden in het uitgaansleven. Onder mensen boven de 18 jaar is het gebruik van ketamine beperkt (0,6% gebruikte het in het laatste jaar), maar onder jongeren en jongvolwassenen ligt het gebruik een stuk hoger.

Cijfers uit 2016 laten zien 12,3% van de jongeren en jongvolwassenen in het laatste jaar ketamine hebben gebruikt. Ook is ketamine makkelijker verkrijgbaar en toegankelijker geworden in het nachtleven.

Cijfers van het DIMS (Drugs Informatie en Monitoring Systeem) bevestigen dit: het aantal ketaminemonsters dat werd ingeleverd voor een test bij een drugs test locatie, steeg in 2017 met 35% ten opzichte van het jaar ervoor.

De trend is ook goed zichtbaar in het aantal gemelde incidenten met ketamine. Tussen 2013 en 2018 vervijfvoudigde het aantal incidenten. In 2018 was 10% van alle gemelde drugsincidenten gerelateerd aan ketaminegebruik.


Jongeren gebruiken ritalin recreatief om prestaties te verbeteren

Ritalin is een medicijn wat wordt gebruikt om ADHD gerelateerde klachten onder kinderen en jongeren te behandelen. Het middel, wat nauw verwant is aan speed (amfetamine), wordt echter ook gebruikt voor recreatieve doeleinden. Jongeren gebruiken het als partydrug in het uitgaansleven, maar opvallend is dat ook een groot gedeelte van het oneigenlijke gebruik onder jongeren wordt gedaan om beter te kunnen concentreren en zo studeer- en werkprestaties te verbeteren.

Onder jongeren en jongvolwassenen gebruikten in 2019 4,1% van de ondervraagden ritalin als partydrug in de afgelopen maand. In het Amsterdamse uitgaansleven gaf in 2017 bijna 25% van de uitgaanders aan ervaring te hebben met het recreatief gebruiken van ritalin.

In een groot onderzoek uit 2016 werd duidelijk dat twee derde van de ondervraagden, het krijgen van een betere concentratie gaf als belangrijkste reden om ritalin te gebruiken zonder medisch voorschrift. Meerdere studies wezen daarnaast uit dat het oneigenlijk gebruik van ritalin bovengemiddeld vaak voorkomt in examenperiodes.


Na jarenlange daling cannabis gebruik onder jongeren, neemt gebruik nu weer toe

Tussen 2003 en 2017 daalde het aantal scholieren tussen de 12 en 16 jaar dat wel eens blowt gestaag. In 2003 had 16,7% ooit geblowd en 7,9% nog in de laatste maand. In 2017 waren die cijfers gedaald naar 9,2% ooit en 4,7% in de laatste maand. Het gebruik van cannabis onder jonge scholieren kwam dus minder en minder voor.

Tussen 2017 en 2019 zien we deze cijfers echter weer stijgen. Opvallend, omdat er in de 20 jaar daarvoor geen enkele stijging is geconstateerd. In 2019 gaf 10,4% van de ondervraagden tussen de 12 en 16 aan ooit cannabis te hebben gebruikt. 5,3% blowde in de afgelopen maand.

De stijgingen zijn niet extreem en schokkend, maar het valt niet te ontkennen dat het gebruik van cannabis onder jonge scholieren weer lijkt te stijgen. De cijfers van de komende jaren moeten laten zien of deze trend doorzet of niet.


Drugsgebruik in de samenleving

Cannabis meest gebruikte drug: 1,6% van alle Nederlanders boven de 18 blowt (bijna) dagelijks

Cannabis is nog steeds de meest gebruike drug in Nederland. 4,9% van alle Nederlanders boven de 18 jaar blowde in de afgelopen maand. Een cijfer wat vele malen hoger ligt dan bijvoorbeeld XTC (1,2% in de afgelopen maand), speed (0,7% in de afgelopen maand) en lachgas (1,1% in de afgelopen maand).

35% van alle cannabis gebruikers die in de afgelopen maand hebben geblowd, doen dit dagelijks of bijna dagelijks (meer dan 20 dagen per maand). Dit komt neer op 1,6% van alle Nederlanders boven de 18 jaar: zo’n 220.000 personen.

Van cannabis is bekend dat ongeveer 10% van iedereen die ooit blowt, op een bepaald punt in zijn of haar leven te maken krijgt met problematisch cannabisgebruik. In 2015 werden 10.816 mensen in de Nederlandse verslavingszorg behandeld voor een cannabis verslaving, waarvan het overgrote deel (79%) mannen waren.

Het drugsgebruik onder jongeren

Nederlanders gebruiken bovengemiddeld vaak XTC

In 2019 lag het percentage van alle volwassen Nederlanders dat ooit in zijn of haar leven XTC gebruikte op 8,8%. In vergelijking met 2015 is deze groep gegroeid: toen lag het percentage nog op 7%.

3,4% van alle Nederlanders boven de 18 gebruikte in het afgelopen jaar nog XTC. Nederland steekt met deze cijfers ver uit boven de Europese gemiddelden. Het gebruik van XTC is het hoogst in de leeftijdscategorieën 20 tot 24 (4,5% in de laatste maand) en 25 tot 29 (3,4% in de laatste maand).

Veruit het grootste gedeelte van alle drugssamples die worden ingeleverd bij drugs test locaties bestaat uit XTC. 61% van alle aangeleverde drugs is XTC, gevolgd door cocaïne (slechts 8%).

De sterkte van Nederlandse XTC neemt (nog steeds) toe. Het aandeel pillen waar meer dan 210 milligram MDMA in zit (de werkzame stof in XTC), is tussen 2015 (minder dan 1% van alle pillen) en 2019 (meer dan 10% van alle pillen) significant gestegen. Een gemiddelde pil bevatte in 2019 172 milligram MDMA. In 2015 lag het gemiddelde nog onder de 150 milligram MDMA per pil.


Nederlands amfetaminegebruik hoogste van Europa

In 2018 gebruikte 1,1% van de Nederlandse speed (amfetamine). Bijna de helft van hen gaf aan ook in de afgelopen maand nog speed te hebben gebruikt. De afgelopen 10 jaar is speed snel populairder geworden in het uitgaansleven. Het gebruik van amfetamine ligt in de groep uitgaande jongvolwassenen inmiddels ongeveer op hetzelfde niveau als het cocaïnegebruik.

Van alle Amsterdamse cafébezoekers had in 2010 18% ooit speed gebruikt. In 2018 was dit al gestegen naar 38%. Ook het percentage gebruikers dat in de afgelopen maand speed gebruikte, steeg in die periode flink: van 2% in 2010 naar 12% in 2012.

Opvallend is dat het gebruik van speed onder scholieren van 12 tot 16 jaar juist is gedaald (1,4% van hen had ooit speed gebruikt in 2003, in 2015 was dit nog maar 0,9%. Vergeleken met andere Europese landen valt het speedgebruik onder jonge scholieren daarmee in de middenmoot. Het gebruik onder jongvolwassenen en volwassen behoort echter bij de Europese top: speed is een populaire drug in Nederland.


4-FA en 2C-B meest gebruikte designerdrugs, 3-MMC in de lift

Designerdrugs zijn drugssoorten waarvan de chemische samenstelling nog zo nieuw is, dat ze nog niet zijn opgenomen in de Opiumwet en dus nog niet verboden zijn. De meeste designerdrugs, ook wel Nieuwe Psychoactieve Stoffen (NPS) genoemd, worden gemaakt door één of een paar moleculen van een bestaande drug aan te passen. De werking van deze designerdrugs lijkt daardoor sterk op die van bestaande drugs, maar over de gevaren is logischerwijs vrijwel niets bekend.

In Nederland zijn 4-FA (vergelijkbaar met een combinatie tussen XTC en speed) en 2C-B (een psychedelische stof, in de lijn van LSD) de meest voorkomende en gebruikte designerdrugs. In 2018 gebruikte 0,9% van alle Nederlandse volwassenen 4-FA, gevolgd door 2C-B met 0,6% van alle volwassenen. Beide stoffen zijn inmiddels wel verboden in Nederland.


3-MMC

Ondanks dat er weinig recente cijfers beschikbaar zijn over het gebruik van 3-MMC (ook wel poes of miauw-miauw genoemd), is er een duidelijke stijgende trend zichtbaar. 3-MMC is een drug die sterk lijkt op een combinatie van XTC, speed en cocaïne. De drug veroorzaakt heftige afkickverschijnselen en cravings, waardoor het risico op het ontwikkelen van een serieuze verslaving erg groot is.

Observaties van het Trimbos Instituut en Nederlandse verslavingsklinieken laten zien dat het gebruik de laatste jaren explosief is gegroeid: vooral onder minderjarige tieners neemt het aantal incidenten en verslavingen in rap tempo toe. De Nederlandse verslavingszorg, politie en justitie luiden eind 2020 de noodklok.


In Nederland kun je op 33 locaties drugs laten testen

Praktisch alle geestverruimende, verdovende en stimulerende middelen zijn in Nederland verboden. Toch is het niet al te moeilijk om, via minder legale wegen, aan drugs te komen. Omdat er door het verbod op deze middelen geen toezicht en controle is op de productie van drugs, kunnen pillen, poeders en vloeistoffen vervuild zijn met gevaarlijke chemische stoffen.

In Nederland kun je op 33 locaties je drugs (gratis en legaal) laten testen. In Nederland worden de drugstesten gecoördineerd door DIMS, het Drugs Informatie en Monitoring Systeem. Het DIMS is onderdeel van het Trimbos Instituut.

De meeste drugs test locaties zijn één keer per week geopend. Je kunt je pil, poeder, capsule of vloeistof anoniem inleveren om te laten testen. Cannabis kan niet getest worden. Onderaan deze pagina vind je een overzicht van alle test locaties en openingstijden.


INVLOED CORONACRISIS

Op deze pagina kijken we vooral naar langdurige trends, die over meerdere jaren bepaalde ontwikkelingen laten zien op het gebied van drugsgebruik in de samenleving.

De cijfers en statistieken op deze pagina gaan over de jaren vóór 2020. Het coronavirus heeft sinds begin 2020 een grote invloed op de statistieken van het gebruik van drugs. Daarom zijn de cijfers van 2020 niet goed te vergelijken met de jaren ervoor.

Drugsgebruik in het coronajaar 2020

Het is lastig om precies aan te geven wat de invloed van de coronacrisis is op het drugsgebruik in Nederland. Er zijn nog niet veel onderzoeken gedaan en er is weinig data beschikbaar. Wat opvalt is dat bij vrijwel alle soorten drugs het grootste gedeelte van de gebruikers niet meer of minder is gaan gebruiken en dat kleine groepen juist wel of juist meer en/of vaker drugs zijn gaan gebruiken.

Mensen die vooral drugs gebruikten tijdens uitjes en uitgaan, zijn over de hele breedte gemiddeld minder en minder vaak gaan gebruiken. Opvallend is dat de meerderheid van de cannabisgebruikers aangeeft meer wiet te zijn gaan roken tijdens het coronajaar 2020.

Een kleine groep drugsgebruikers is door de toegenomen spanning, onzekerheid en/of stress door de coronacrisis meer en/of vaker drugs gaan gebruiken. Onzekere tijden kunnen, zeker bij mensen met een hoge verslavingsgevoeligheid, lijden tot het ontwikkelen van een serieuze drugsverslaving.

Maak jij je zorgen over jouw drugsgebruik? Op onze pagina over drugsverslaving lees je wat je kunt doen en hoe je hulp kunt vinden.


Verantwoording

Alle cijfers en statistieken op deze pagina zijn afkomstig van officiële en betrouwbare bronnen, waaronder overheidsinstanties zoals het RIVM, het Trimbos instituut, het Ministerie van Volksgezondheid. Ook zijn organisaties in de verslavingszorg, zoals Jellinek, Verslavingszorg Noord Nederland en Novadic Kentron, geraadpleegd voor het verifiëren van verschillende cijfers.

bel Bel ons voor advies