SSRI

SSRI (Selectieve serotonine heropname remmers)

SSRI’s zijn populaire geneesmiddelen die worden gebruikt als antidepressiva en voor de behandeling van andere psychische aandoeningen. Deze selectieve serotonine heropname remmers beïnvloeden de werking van een belangrijke neurotransmitter in het lichaam, serotonine, wat een cruciale rol speelt in onder meer de emotionele huishouding. SSRI’s zijn van groot belang in de psychiatrische behandeling omdat ze over het algemeen effectief en veilig zijn. In vergelijking met andere soorten antidepressiva leiden ze ook minder vaak tot (ontwrichtende) bijwerkingen.

Op deze pagina wordt uitgelegd wat de werking en effecten van SSRI’s zijn en de mogelijke bijwerkingen en risico’s van gebruik. Daarnaast wordt besproken waarom stoppen met SSRI’s lastig kan zijn en altijd in overleg met een zorgverlener moet plaatsvinden.


Wat zijn SSRI’s?

SSRI’s zijn medicijnen die de heropname van de neurotransmitter serotonine vertragen en worden vaak voorgeschreven bij depressieve klachten, angststoornissen en andere psychische aandoeningen. Serotonine is een belangrijke neurotransmitter die onder meer de stemming, emoties en slaap helpt reguleren.

SSRI’s (wat staat voor selectieve serotonine heropname remmers) zorgen ervoor dat de heropname van serotonine in de hersenen wordt afgeremd. Dit zorgt voor een verhoogde concentratie van serotonine tussen de zenuwcellen. Volgens G. van der Linden et al. in International Clinical Psychopharmacology helpt dit onder meer om de stemming te stabiliseren, angst te verminderen en andere symptomen van depressie en angststoornissen te verbeteren.

DIRECT IEMAND AAN DE LIJN?

Bel voor advies

bel 020 - 532 0030
Ma-Vrij van 07:00 - 23:00

Hoe werken SSRI’s?

SSRI’s werken door de heropname van serotonine af te remmen. Serotonine wordt normaal vrijgegeven door een zenuwcel en bindt zich vervolgens aan receptoren op andere zenuwcellen om een signaal door te geven. Nadat het signaal is aangekomen, wordt de overgebleven serotonine weer naar de oorspronkelijke zenuwcel gebracht. Dit proces wordt heropname genoemd.

SSRI’s remmen dit heropnameproces af. Ze blokkeren de proteïnen die verantwoordelijk zijn voor het terughalen van serotonine, waardoor de neurotransmitter langer tussen de zenuwcellen in de hersenen blijft. Dit zorgt voor een tijdelijk hogere hoeveelheid serotonine en helpt om signalen beter over te brengen. Op die manier boosten SSRI’s de effecten van serotonine op onder meer de stemming, emoties en gedrag, volgens S. Stahl et al. in Journal of Affective Disorders.


Welke verschillende soorten SSRI zijn er?

Er zijn verschillende soorten SSRI die onder meer van elkaar variëren in de halfwaardetijd (hoe snel het middel is uitgewerkt) en effecten (geschiktheid voor specifieke aandoeningen of klachten). De geschiktheid van bepaalde selectieve serotonine heropnameremmers is onder meer afhankelijk van de aanwezige symptomen, of er andere medicijnen worden ingenomen en het bijwerkingenprofiel.

Mogelijke soorten SSRI’s zijn:


Het gebruik van SSRI’s

SSRI’s zijn in veel landen tegenwoordig de meest gebruikte antidepressiva. Volgens cijfers van het Zorginstituut Nederland zijn zo’n twee derde van alle voorgeschreven antidepressiva in Nederland SSRI’s. Meer dan 3 op de 5 gebruikers hiervan zijn vrouw. Qua leeftijdsgroep worden SSRI’s voornamelijk op middelbare en oudere leeftijd voorgeschreven. Dit ligt onder meer aan het feit dat de kans op suïcide toeneemt bij gebruik van SSRI’s door kinderen en jongvolwassenen, volgens een studie uit 2009 in Tijdschrift voor Psychiatrie.

Mogelijke psychische klachten en aandoeningen waar SSRI’s bij kunnen helpen zijn:

  • Depressie: Voor de behandeling van depressie wordt vaak een SSRI gebruikt. Dit kan helpen bij het verminderen van symptomen zoals somberheid, verlies van interesse, vermoeidheid en veranderingen in eetlust en slaap.
  • Angststoornis: SSRI’s zijn effectief bij de behandeling van verschillende angststoornissen en helpen onder meer bij het verminderen van angstgevoelens en het bevorderen van ontspanning.
  • Dwangstoornis: iemand die last heeft van een dwangstoornis (ook wel bekend als obsessieve compulsieve stoornis), kan door inname van een SSRI minder last hebben van obsessieve gedachten en de drang om repetitieve handelingen uit te voeren.
  • Eetstoornis: SSRI’s worden soms voorgeschreven bij een eetstoornis om bijvoorbeeld te helpen met eetbuien en braken, het verbeteren van de stemming en het verminderen van obsessieve gedachten over eten, gewicht en het uiterlijk.

Hoe effectief zijn SSRI’s?

SSRI’s zijn effectief voor de behandeling van verschillende psychologische klachten en aandoeningen, zo blijkt onder meer uit een veel geciteerde studie uit 2018 in het gerenommeerde The Lancet. SSRI’s helpen om aanwezige symptomen te verminderen en het algehele welzijn bij veel patiënten te verbeteren.

Er zijn ook andere antidepressiva, zoals tricyclische antidepressiva (TCA’s) en monoamineoxidaseremmers (MAO-remmers). Volgens B. Arroll et al. in Annals of Family Medicine zijn deze verschillende soorten antidepressiva relatief vergelijkbaar met SSRI’s qua effectiviteit.

Omdat SSRI’s echter een relatief gunstig bijwerkingenprofiel hebben, worden ze meestal beter getolereerd door gebruikers en zijn ze vaak de eerste keuze bij de behandeling van depressie en angststoornissen.

SSRI’s en combinatietherapie

SSRI’s kunnen ook worden gebruikt in combinatie met andere therapieën, zoals psychotherapie, om de effectiviteit te vergroten. Zo worden SSRI’s vaak gecombineerd met cognitieve gedragstherapie (CGT) voor de behandeling van depressie of angststoornissen. Combinatietherapie kan vooral nuttig zijn bij complexe of ernstige aandoeningen. Ook kan SSRI een positieve rol spelen in combinatietherapie door de kans op een terugval van klachten te verminderen, volgens S. Clevenger in Therapeutic Advances in Psychopharmacology.


Wat zijn de bijwerkingen en risico’s van SSRI’s?

Mogelijke bijwerkingen en risico’s van SSRI’s zijn:

  • Maag-darmklachten
  • Seksuele stoornissen (waaronder verminderd seksueel verlangen en erectiestoornissen)
  • Slaapproblemen
  • Gewichtsverandering (toename of verlies van gewicht)
  • Emotionele veranderingen (waaronder gevoelloosheid)
  • Gedragsveranderingen bij langdurig gebruik
  • Bij pasgeborene (na gebruik van SSRI’s gedurende de zwangerschap): vroeggeboorte, ademhalingsproblemen en aangeboren afwijkingen
  • Tijdelijke toename van suïcidale gedachten (vooral bij kinderen en jongeren)

SSRI’s en andere medicijnen – interacties

SSRI’s kunnen verschillende interacties hebben met andere medicijnen, waaronder andere soorten antidepressiva. De bijwerkingen en gezondheidsrisico’s van deze interacties kunnen zeer ernstig zijn. Wanneer een patiënt al andere medicijnen gebruikt, zal een zorgverlener daarom vaak kiezen voor een SSRI waarbij het potentieel voor interacties met de betreffende medicatie laag is, volgens een veel geciteerde studie door A. Hemeryck et al. in Current Drug Metabolism.

Ook is het om deze reden belangrijk dat iemand altijd volledige medische informatie met zorgverleners deelt, zodat nadelige gevolgen kunnen worden vermeden of het risico hierop kan worden beperkt.

Bekende interacties van SSRI’s met andere medicijnen zijn:

  • Andere SSRI’s en medicatie die de serotoninespiegel beïnvloedt: onder meer verhoogd risico op het ontwikkelen van het serotoninesyndroom
  • Bloedverdunners: mogelijke veranderingen in de stollingstijd
  • NSAID’s: gelijktijdige inname van ontstekingsremmers zoals ibuprofen kan kans op inwendige bloedingen verhogen
  • Plaatjesaggregatieremmers: bij gelijktijdige inname van SSRI’s met aspirine of clopidogrel wordt de werking ervan versterkt en neemt de kans op bloedingen toe

Stoppen met SSRI’s

Abrupt stoppen met het gebruik van SSRI’s kan leiden tot verschillende fysieke en geestelijke symptomen, volgens een veel geciteerde studie uit 2000 in The British Journal of Psychiatry. Het plotseling verdwijnen van het antidepressieve effect en de afgenomen hoeveelheid serotonine kunnen er ook voor zorgen dat klachten zoals een depressie weer terugkeren.

Geleidelijk afbouwen van het gebruik van een SSRI in overleg met en onder toezicht van een zorgverlener wordt daarom sterk aangeraden. Zo kunnen ontwenningsverschijnselen worden beperkt en kan er tijdig worden ingegrepen bij complicaties.


Wat zijn de afkickverschijnselen van SSRI?

Stoppen met het gebruik van een SSRI kan leiden tot verschillende afkickverschijnselen, zeker wanneer iemand langdurig en in hoge dosering antidepressiva heeft gebruikt. Volgens een studie uit 2018 in International Journal of Risk & Safety in Medicine kunnen sommige afkickverschijnselen bij een afhankelijkheid aan SSRI’s gemiddeld zo’n 90 weken lang aanhouden (bijna twee jaar lang). De duur en ernst van deze symptomen variëren echter sterk en zijn onder meer afhankelijk van individuele factoren, de duur van het gebruik en inname van (of afhankelijkheid aan) andere middelen.

Mogelijke afkickverschijnselen van SSRI zijn:

  • Duizeligheid en misselijkheid
  • Hoofdpijn
  • Chronische vermoeidheid en slaapproblemen
  • Stemmingsschommelingen (bijvoorbeeld meer prikkelbaar of angstig)
  • Schoksensaties (ervaringen die lijken op een elektrische schok in het hoofd of andere delen van het lichaam)
  • Coördinatie- en mobiliteitsproblemen

Er zijn verschillende behandelingsopties beschikbaar voor een lichamelijke of geestelijke afhankelijkheid aan SSRI, waaronder aanpassingen in medicatie, afbouwplannen en ondersteunende therapieën zoals cognitieve gedragstherapie en gesprekstherapie. Bel 020 – 532 0030 voor een telefonisch consult over een behandelplan dat bij jouw situatie zou kunnen passen.


Veelgestelde vragen over SSRI

Welke SSRI heeft de minste bijwerkingen?

Escitalopram is de SSRI die mogelijk de minste bijwerkingen heeft. Omdat de reactie op medicatie echter individueel sterk kan verschillen, is het lastig om één SSRI aan te wijzen die altijd de minste bijwerkingen heeft.

Wat gebeurt er met je lichaam als je stopt met antidepressiva?

Wanneer je plotseling stopt met antidepressiva, moet je lichaam zich aanpassen en kun je last krijgen van ontwenningsverschijnselen zoals hoofdpijn, misselijkheid, prikkelbaarheid, slaapstoornissen en hartkloppingen.

Welke SSRI tijdens zwangerschap?

Mogelijke SSRI’s tijdens de zwangerschap zijn citalopram of sertraline, omdat de kans op bijwerkingen en andere risico’s voor moeder en foetus bij deze SSRI’s meestal kleiner zijn. Het is echter belangrijk om een keuze voor een SSRI altijd te maken in overleg met een zorgverlener, zoals een gynaecoloog of psychiater, die de medische geschiedenis en individuele omstandigheden kan beoordelen.

Is SSRI antidepressiva?

Ja, een SSRI (selectieve serotonine heropnameremmer) is een type antidepressiva dat wordt voorgeschreven voor de behandeling van onder meer depressie, angststoornissen en dwangstoornis.

bel 020 - 532 0030

Ma-Vrij van 07:00 - 22:00